Selecteer een pagina

Familie, zorg en gezondheid

Familie, zorg en gezondheid

Mantelzorg als maatschappelijke uitdaging voor de komende decennia

5+1 challenge: Smart State, Social Equality

Mantelzorg als maatschappelijke uitdaging

Mantelzorg is alle hulp aan een hulpbehoevende door iemand uit diens directe sociale omgeving. Ook minder intensieve hulp, de hulp aan huisgenoten en de hulp aan instellingsbewoners worden hierin meegenomen. Mantelzorg is hulp die verder gaat dan de zogenoemde ‘gebruikelijke’ hulp (SCP, 2019). In Nederland geven ongeveer 5 miljoen mensen mantelzorg aan bekenden of naasten. Het gaat over ongeveer 35% van de 16-plussers. Ongeveer 825.000 (16%) geven deze zorg langdurig (langer dan drie maanden) en intensief (meer dan acht uur per week). Mantelzorgers bieden gemiddeld 7,4 uur per week hulp aan naasten met een gemiddelde periode van 5,4 jaar (SCP, 2019). Mantelzorgers vertegenwoordigen een maatschappelijke waarde van ongeveer 34-44 miljard euro per jaar (Ecorys, 2021).
De komende jaren neemt het aantal ouderen in snel tempo toe. Volgens de CBS bevolkingsprognose neemt het aantal 65-plusser toe van 2,7 miljoen 65-plussers in 2012 tot 4,7 miljoen in 2040. De komende jaren zal vooral het aandeel 65-79 plussers op de totale bevolking sterk stijgen. Vanaf 2025 neemt ook de groep 80-plussers sterk toe. Dit wordt ook wel ‘dubbele vergrijzing’ genoemd. In 2040 is naar schatting 26 procent van de bevolking 65-plusser, waarvan een derde ouder is dan 80 jaar (CBS, 2021).
De toename van het aantal ouderen zal grote invloed op het zorgstelsel in Nederland hebben. Naar verwachting zijn er in 2040 ongeveer 550.000 mensen met meerdere chronische beperkingen (AZW statline, 2020). Daarnaast zal het percentage werkenden als onderdeel van de totale bevolking afnemen van 75 procent in 2015 tot ongeveer 66 procent in 2040). Hierdoor zullen personeelstekorten in de zorg naar alle waarschijnlijkheid sterk toenemen. Tot slot zal het aantal potentieel beschikbare mantelzorgers per persoon afnemen van 10 in 2015 tot 4 in 2040 (AZW, statline, 2020). Op basis van deze cijfers kan beargumenteerd worden dat ‘zorgpotentieel’ de komende jaren schaarser wordt. Dit geldt zowel voor formele zorgverlening door professionals, als de zorg die wordt verleend door mantelzorgers.

Waarom?

VOLT wil de ondersteuning van mantelzorgers en informele zorgverleners in Nederland toekomstbestendig (re)organiseren. VOLT wil dat mogelijk maken door de middelen die beschikbaar zijn ter ondersteuning van mantelzorgers maximaal te bevorderen dan wel die (nog) komen zo snel mogelijk ter beschikking te stellen.

Op dit moment ziet VOLT vier knelpunten binnen het huidige beleid waaraan VOLT wil werken:

Knelpunt 1: beschikbare bedrag krijgt andere bestemming

In 2015 is de Wet Maatschappelijke Ondersteuning 2015 (Wmo) ingevoerd. Deze Wet vervangt delen van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) en wordt uitgevoerd door Gemeenten. De regering heeft deze decentralisatie gepaard laten gaan met een budgetkorting van c.a. 30 procent, vanuit het idee dat Gemeenten beter in staat zouden zijn om de zelfredzaamheid van burgers te stimuleren (waaronder mantelzorgers) en daardoor doelmatiger om te gaan met beschikbare middelen. Binnen de berekening van het Wmo budget dat overgeheveld is naar Gemeenten, is 6,5 procent van het budget “gereserveerd” voor mantelzorgers. Vanuit het idee van maatwerk hebben Gemeenten echter aanzienlijke beleidsvrijheid om invulling te geven aan het beschikbare budget. Hierdoor is het mogelijk om het bedrag dat “gereserveerd” ( zg niet geoormerkt) is voor mantelzorg, voor andere maatschappelijke doeleinden te gebruiken.

Knelpunt 2: Hoge overheadkosten

Op dit moment wordt mantelzorgondersteuning binnen de meeste Gemeenten georganiseerd via Gemeentelijke diensten of gecontracteerde welzijnsaanbieders. Uit onderzoek van Berenschot (2019) volgt dat c.a. 25 procent van het beschikbare budget voor de Wmo (c.a. 3,8 miljard euro) wordt besteed aan organisatie-en coördinatiekosten. Dat betekent dat er iets minder dan 1 miljard euro niet naar de uitvoering en ontvanger van de zorg gaat (incl. mantelzorg).

Knelpunt 3: Beperkte samenwerking Gemeenten en Zorgverzekeraars leidt tot onnodig hoge kosten en gefragmenteerd aanbod

Iedere Gemeente is zelf verantwoordelijk voor de vormgeving van beleid rond mantelzorgers. Daarnaast ligt er ook een verantwoordelijkheid bij Zorgverzekeraars die mantelzorgondersteuning hebben opgenomen in aanvullende pakketten. Één verklaring voor de hoge overheadkosten is de observatie dat Gemeenten en Zorgverzekeraars de neiging hebben om vooral veel zelf te ontwikkelen. Bijvoorbeeld rond de inkoop van respijtzorg, het ontwikkelen van cursussen en de vormgeving van informatie-en advies. Bovendien wordt beschikbare kennis en expertise te weinig gedeeld, overigens ook op Europees niveau. Dit leidt tot onnodig hoge kosten en een gefragmenteerd aanbod rondom mantelzorgondersteuning.

Knelpunt 4: Europese subsidies/fondsen worden vaak niet benut

Nederland maakt relatief weinig gebruik van Europese subsidies/fondsen. Dit geldt ook voor Gemeenten en meer specifieke voor de zorg en het sociale domein. Hier zijn een aantal verklaringen voor:
Er is te weinig bewustwording bij veel Gemeenten t.a.v. Europese subsidietrajecten binnen de zorg en het sociale domein.
Gemeenten hebben geen duidelijke strategie t.a.v. Europese subsidietrajecten binnen de zorg en het sociale domein.
Gemeenten hebben onvoldoende kennis, expertise en capaciteit in huis rondom Europese subsidietrajecten binnen de zorg en het sociale domein.

Wat?

Beleidsvoorstel 1: Beschikbaar budget voor mantelzorg volledig benutten.

Gemeenten kunnen op dit moment schuiven in het budget dat beschikbaar is voor de Wmo. Dit betekent dat de c.a. 6,5 procent die beschikbaar voor mantelzorg/informele zorg ook voor andere doeleinden kan worden ingezet. VOLT wil dat het volledig bedrag dat beschikbaar is voor mantelzorg/informele zorg wordt ingezet voor mantelzorg/informele zorg.

Beleidsvoorstel 2: Wijkgebonden mantelzorgbudgetten ipv hoge overhead kosten

Een groot deel van het budget dat wordt besteed aan mantelzorg gaat naar organisatie-en coördinatiekosten (lees: overhead). VOLT wil dat dit bedrag zoveel mogelijk bij de uitvoering en ontvanger van (mantel)zorg terecht komt. Om dit te realiseren wil VOLT ‘wijkgebonden mantelzorgbudgetten’ introduceren, die direct beschikbaar zijn voor mantelzorgers/informele zorgverleners. Deze budgetten worden laagdrempelig georganiseerd en beheert via wijktafels, bestaande uit bewoners, professionals, vrijwilligers en indien wenselijk een regisseur vanuit de Gemeente.

Beleidsvoorstel 3: Betere samenwerking tussen Gemeenten en tussen Gemeenten en Zorgverzekeraars rondom ondersteuning mantelzorg/informele zorg.

VOLT wil dat Gemeenten en Zorgverzekeraars kennis en capaciteit bundelen om het huidige aanbod van mantelzorgondersteuning te verbeteren en doelmatiger te organiseren. Hierdoor wordt het beschikbare aanbod verbeterd en kan een groter bedrag toekomen aan de uitvoering en mantelzorgers/informele zorgverleners.

Beleidsvoorstel 4:. Meer Gemeentelijke kennis, expertise en capaciteit naar Europese subsidietrajecten/fondsen zorg en sociaal

De laatste jaren is er in Nederland flink gekort op het budget dat beschikbaar is voor de zorg. Tegelijkertijd zijn er in Europa honderden miljoenen aan subsidiegelden beschikbaar. Nederland maakt op dit moment weinig gebruik van deze budgetten. Om de impact op thema’s als mantelzorg te vergroten wil VOLT dat Gemeenten investeren in kennis, expertise en capaciteit rondom Europese subsidietrajecten, met als doel een groter bedrag vrij te spelen voor (mantel)zorg.

Hoe?

Beleidsvoorstel 1: Beschikbaar budget voor mantelzorg volledig benutten.
Het mantelzorgbudget ‘oormerken’ op de Gemeentelijke begroting.
Beleidsvoorstel 2: Wijkgebonden mantelzorgbudgetten
Ambtelijke uitwerking voorstel wijkgebonden mantelzorgbudgetten. Hierbij gebruik maken van beste praktische kennis en expertise uit andere Gemeenten in het binnen en buitenland en recente wetenschappelijke inzichten.
Dit zou via de Vereniging Nederlandse Gemeenten VNG kunnen worden gecoördineerd
Beleidsvoorstel 3: Betere samenwerking tussen Gemeenten en tussen Gemeenten en Zorgverzekeraars rondom ondersteuning mantelzorg/informele zorg.
Het creëren van instituties en netwerkverbanden, die deze samenwerking mogelijk maken. Eventueel in samenspraak met provincies, Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) en Zorgverzekeraars Nederland (ZN).
Beleidsvoorstel 4: Meer Gemeentelijke kennis, expertise en capaciteit naar Europese subsidietrajecten/fondsen zorg en sociaal
Het stimuleren van bewustwording bij Gemeenten t.a.v. Europese subsidietrajecten binnen de zorg en het sociale domein. Doordat de stad al deel uitmaakt (of zal maken) van EUROCITIES, het netwerk van grote steden in Europa. In het bijzonder in het Social Affairs Forum (SAF) van dit netwerk.
Door het aanstellen van een EU subsidiecoördinator en een expertiseteam.
Of door VOLT vrijwilligers in EU Workspace. Geen kosten.

Het vormgeven van een beleidsplan t.a.v. Europese subsidietrajecten binnen de zorg en het sociale domein. Dit zou via Workspace Volt EU kunnen worden afgestemd.
Het vergroten van de kennis, expertise en capaciteit rondom Europese subsidietrajecten binnen de zorg en het sociale domein.

Loading...